Ga naar inhoud

‘Weg van Zuid? Dat wilden we niet.’

‘Weg van Zuid? Dat wilden we niet.’

Joost en Caro kochten een woning in 010XL in de Tarwewijk

Zuid is steeds meer een geliefde woonplek. Huidige bewoners verhuizen steeds minder de wijk uit als ze het beter kregen en nieuwe bewoners weten Zuid inmiddels goed te vinden. In de serie 'Bewoners op Zuid' vertellen nieuwe en oude Zuiderlingen hun woonverhaal. Dit keer Joost en Caro die verhuisden van Bloemhof naar de Tarwewijk.

In twaalf jaar tijd is er een hoop gebeurd in het leven van Joost en Caro. De twee leren elkaar kennen in het buitenland, de vlam slaat in de pan en na niet al te lange tijd besluiten ze dat Caro van Paraguay naar Nederland komt. Het koopappartementje van Joost in Utrecht is te klein voor de twee, dus kijken ze rond. Ook in Rotterdam, waar het woningaanbod veel betaalbaarder blijkt dan in Utrecht. Zéker op Zuid. Voor ze het weten, tekenen ze een koopcontract voor een ruim en fonkelnieuw stadsappartement. Drie weken later zit Joost in de auto en hoort hij op de radio dat de wijk Bloemhof in Rotterdam tot de slechtste wijken van Nederland behoort. ‘Oei, dacht ik. Daar heb ik net een huis gekocht’ Het stelt verhuist, trouwt, en krijgt twee kinderen: Merel en Erik. Die groeien op in Bloemhof, dat helemaal zo slecht niet blijkt te zijn. Alles behalve, zelfs: de kinderen Merel (9) en Erik (6) gaan er met plezier naar school, maken vriendjes, en Joost en Caro genieten van de dynamiek van het wonen in de stad. Als de kinderen groter worden, rijst de vraag: blijven we of kijken we verder?
‘Je gaat verlangen naar een tuin, naar grotere slaapkamers voor de kinderen. Maar weg van Zuid? Dat wilden we niet.’
Als ze horen van de plannen voor 010XL aan de Brielselaan, en de plattegronden bekijken van de koopwoningen, raken ze enthousiast. ‘Als je je een beetje verdiept in het aanbod, ontdek je dat de meeste nieuwbouwwoningen nogal op elkaar lijken. Maar dit was iets totaal anders. Zelfs onze dochter, die toen zes was, raakte niet uitgekeken op de plattegronden. ‘Deze kamer wil ik!’ zei ze. ‘En kijk, de douche zit naast het bad en niet erin!’ Haar enthousiasme was het laatste zetje dat we nodig hadden.’

Verrassing
En anders dan anders ís de woning van Joost en Caro, al zie je dat vanaf de straat nog niet.
Pas als je binnen bent, en de keuken in stapt, ontdek je de verrassing die achter de rode bakstenen gevel schuiltgaat. De woning staat op een helling, waardoor de woonkamer meters dieper ligt en een grote hoogte bereikt. ‘Die split level, de hoogte, de glazen pui naar de tuin: we waren meteen verkocht,’ zegt Caro, terwijl ze een dienblad met verse koffie op de tuintafel zet. Het zitje in de schaduw is lekker koel en heeft zachte loungebanken. Op de achtergrond klatert een fonteintje in de vijver.
Anderhalf jaar wonen ze hier nu, en dit is de eerste zomer dat ze echt gebruik kunnen maken van de tuin. ‘Ons vorige huis had een dakterras op hoogte,’ zegt Joost. ‘Omdat je het groen wilt hebben, zet je het vol met potten. Maar in potten overleven planten de winter vaak niet. Elke lente konden we opnieuw beginnen. Ook wilden we graag een vijvertje. Maar in beton is het zo lastig graven, he!’
Joost kijkt om zich heen. ‘Nu hebben we gras, bloemen, planten, een vijver en een riante zithoek. Met mooi weer lopen we de hele dag in en uit. Via een sluiproute achterom wandelen de kinderen zo naar de buren. Je hebt hier eigenlijk het dorpsgevoel, maar dan in de stad.’

Wijk in ontwikkeling
Dat dorpsgevoel past niet bij het beeld dat buitenstaanders van Zuid hebben, merken Joost en Caro. ‘Ook over de Tarwewijk zeiden de mensen: zou je dat wel doen?’ zegt Caro. ‘Maar als je hier woont is het alleen maar leuk. De mensen groeten elkaar op straat, maken een praatje. En ook als ik ’s avonds laat thuis kom met de metro, voel ik me geen moment onveilig.’
Het stel heeft zelfs heel bewust gekozen voor deze locatie. ‘We kenden de plannen. In de Maashaven komt een park, in de Rijnhaven een stadsstrand. Hart van Zuid is in ontwikkeling, met een groot theater en een zwembad. Het publiek van de Kop van Zuid en Katendrecht komen deze kant op. Over tien, vijftien jaar wil iedereen hier wonen.’
Dat hun huis meer waard zou kunnen worden, vinden ze een fijn idee, maar het is niet de reden dat ze hier gekocht hebben. ‘Het ging ons om het huis zelf. We zijn er zó op vooruit gegaan. Eerst hadden we drie slaapkamers, nu zes.’
Als de koffie op is, volgt een tour. De deuren naar ál die kamers gaan stuk voor stuk open. Dochter Merel heeft een slaapkamer waarin alle ruimte is om haar biologische vondsten uit te stallen, zoon Erik heeft een junglekamer, compleet met hoge ‘boomhut’. De master bedroom is riant. De overige kamers zijn in gebruik als walk in closet, werkkamer en speelkamer. Die laatste ligt nu nog vól speelgoed, maar zou in een latere fase omgetoverd kunnen worden tot chillkamer. ‘De tijd gaat snel, de kinderen groeien razendsnel op. Voor je het weet ben je in een volgende fase beland. Het is fijn dat ons huis de ruimte heeft om met ons mee te groeien.’